woensdag 17 april 2019

BLOEMENMEISJE

Het was heerlijk weer de afgelopen dagen. Natuurlijk heb ik daar dankbaar gebruik van gemaakt: ik heb er weer mooie ritten op zitten. Zo ook gisteren. Dit keer was niet alleen Diva mijn metgezellin, maar ook vriendin Ans was mee. Na een heerlijke rit door het waterwingebied en natuurgebied de Schammer eindigden we in park Schothorst. Daar stopten we even omdat Ans een foto wilde maken van de voorjaarsbloemen in het gras.



Er kwam op dat moment net een moeder aan lopen met haar dochtertje, een meisje van een jaar of vijf. Het kind vroeg of ze Diva mocht aaien. Dat vinden we altijd goed. Want niet alleen kinderen vinden een klein hondje aaien enorm leuk, ook Diva ervaart aandacht van kinderen als een pleziertje. Ik gaf het meisje een hondenkoekje om aan Diva te geven. Meestal zijn kinderen wat voorzichtig met een koekje aan te bieden: je vingertjes zo dicht bij die bek vol tanden is immers best eng. Van die angst had het meiske duidelijk geen last. Volkomen onbevangen en vol vertrouwen stopte ze het lekkers tussen de tanden van Diva. Geweldig leuk om te zien. Daarna moest en zou er geaaid worden. Maar dat deed het dametje zo kordaat dat Diva even niet wist hoe te reageren, dus ze deed haar best om de uitingen van affectie te ontwijken. Ans en ik hebben enige minuten lachend genoten van de verwoede pogingen van het pittige deerntje om een hond bij te houden. Te leuk om te zien.



Toen vond de moeder het blijkbaar welletjes en dochterlief moest mee. Wij meenden dat hiermee de ontmoeting ten einde was gekomen, maar zowel wij als de moeder hadden buiten de wensen van een klein meisje gerekend. Ze rukte zich los en kwam op haar mollige beentjes terug rennen, in haar knuistje enkele zojuist geplukte krokussen geklemd. Die bloemetjes werden aan Diva aangeboden als afscheidscadeau. Geheel vertederd door dit gebaar maakte Ans de bloemen vast aan het tuigje van de hond.



Dat kon de goedkeuring van het meisje wegdragen en ze gaf haar moeder de opdracht er een foto van te maken. Nadat dat gebeurd was meende de moeder dat ze nu wel naar huis konden gaan. Maar nee: het bloemenmeisje wilde uiteraard zelf de mobiel nog in handen om een foto te maken van haar geschenk. Het is 2019 nietwaar? Pas toen dat naar wens gebeurd was kon ze kennelijk gerust haar weg vervolgen. We hebben nog even gezwaaid en Ans riep nog: "Dag meisje."  Maar ze werd alweer volkomen geboeid door belangrijker zaken zoals de madeliefjes in het gras, want dat is wat bloemenmeisjes doen: Ze plukken een bloem, schenken die aan een ander wezen en plukken weer een bloem. Ik hoop dat ze nog lang mensen blij mag maken, want dat kunnen wij volwassenen wel gebruiken.



zaterdag 6 april 2019

OORLOGSTUIG?

Ik ga graag naar de voormalige luchtmachtbasis Soesterberg. De rit er naartoe voert vrijwel helemaal door bos en heide en het terrein zelf is tegenwoordig een prachtig natuurgebied. Men heeft er onder andere de landingsbanen, de paden en her en der een gebouw bewaard. Tevens staat op het terrein een markant modern gebouw van glas en staal waar het Nationaal Militair Museum is gevestigd. Nu heb ik niet zo veel met militaire zaken en zeker niet met oorlogsvoering, dus is het nooit in me opgekomen om een bezoek te brengen aan het museum.


Maar van de week werd ik uitgenodigd door vrienden om eens mee te gaan. En door hun enthousiasme, zij zijn zeer regelmatige bezoekers, raakte ik geïnteresseerd. Enfin, gisteren was het dan zo ver: na een heerlijk ritje maakte ik in het begin van de middag mijn opwachting bij de ingang van het museum. Daar stonden drie enorme Hawk raketten opgesteld en het pad was gemarkeerd door  betonnen wegversperringen.



Dat beloofde niet veel goeds. Zou ik nu een middag lang tanks, straaljagers en ander naar oorlogstuig moeten bezichtigen? Schoorvoetend ging ik, vergezeld door beide vrienden, het gebouw binnen. Daar zag ik op de verdieping onder ons inderdaad een uitstalling van helikopters, tanks en een straaljager. Maar... de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat het tot mijn verrassing best een mooie evenwichtig opgestelde tentoonstelling was.



De sobere uitstraling van het gebouw met het vele glas, de donkere plafonds en de staalconstructies hadden daar zeker ook deel aan. Overigens bleek het hele museum zeer goed toegankelijk te zijn voor mij als scootmobielrijder: brede paden, egale vloeren, ruime liften. Daar kan menig andere instantie een puntje aan zuigen. Over zo'n breed pad werd ik als eerste  naar een diorama over de befaamde waterlinies en andere beschermingswerken met water geleid.


Men draaide er onder andere een boeiende film over de verdediging van ons land door waterbeheersing. Sowieso een interessant stukje geschiedenis, maar voor mij als liefhebber van de polder nog eens extra. Na dat verrassend leuke begin zijn we naar diverse andere expositiezalen geweest. Ik heb oude uniformen gezien en me verbaasd hoe onpraktisch vroeger met name de kleding van de officieren was. Opsmuk en mode voerden duidelijk de boventoon. Men mocht eens sneven in een ordinair tenue zeg!


Behalve uniformen waren er ook harnassen te zien, zelfs een Japans exemplaar. Leuk detail vond ik dat men in Japan destijds slippers droeg bij het harnas. En natuurlijk veel militaire hoofddeksels uit allerlei periodes. Ook zo'n bron van verbazing. Verderop troffen we een zaal met oude steekwapens. Ik heb prachtig gegraveerde dolken, zwaarden, sabels en zelfs een hellebaard bewonderd. Oorlogstuig weliswaar, maar tevens fraaie toonbeelden van vakmanschap van de smeden van weleer.



Wat heb ik nog meer gezien? Een zaal vol antieke geweren en pistolen. Echt mooi als je oog hebt voor alle schitterende details waarmee wapens in vroeger tijden werden versierd. En schilderijen; die waren er ook nog. En een expositie over militaire missies vanaf eeuwen terug (Ja, toen al.) tot heden. En uiteraard was er aandacht voor Nederlandsch Indië en voor de Korea-oorlog en voor....




Het duizelt me inmiddels. Dat effect overviel me gistermiddag al. En dan heb ik het nog niet niet eens gehad over alle voertuigen die er opgesteld zijn, zoals bij voorbeeld de vroeger gebruikte hondenkar, de veldkeuken uit grootvaders tijd en een Nederlandse tank die kennelijk in de praktijk volkomen ondeugdelijk bleek te zijn. Nou beste lezer, je begrijpt inmiddels wel dat we hebben afgesproken binnenkort nog eens te gaan. Ik ben overstag, ik wil nog meer zien. En ik kan een ieder aanraden ook eens een bezoek te brengen aan dit bijzondere museum. Dat oorlogstuig valt best mee.