vrijdag 17 mei 2024



Vogelliefhebbers heb je in veel variaties. Deze week heb ik er twee ontmoet, twee die nauwelijks meer verschillend van elkaar konden zijn. Ik reed op de weg in Hoogland die bekend staat als de Vogelboulevard. Het was mooi weer, overal buitelden de kieviten boven de graslanden, er stond een tureluur te fluiten op de paal van een hek. de grutto's hielden in paartjes in het kniehoge gras hun jongen in de gaten. Kortom een dag waarvan ik volop genoot. Ik reed stapvoets om niets te misen en Diva liep in de berm te jagen op krekels. Een stuk verderop zag ik een man op een racefiets naderen. Nu heb ik het niet zo op wielrenners vanwege hun gedrag op de weg. Mijn mening over hun kleding is sterk gekleurd door die afkeer. Ik vind het namelijk zot om in zo'n te strak veelkleurig pakje rond te rijden. Als je jong en atletisch gebouwd bent gaat het nog. Maar als je wat ouder bent, je spieren wat verslapt zijn en je een buikje hebt kun je naar mijn idee beter andere kleding kiezen. De man op de fiets hoorde duidelijk in de laatste categorie thuis. Ik verwachtte eigenlijk dat hij met grote snelheid langs me zou scheuren en ik wilde Diva al voor haar en zijn veiligheid bij me roepen. De man remde echter plotseling af, zwenkte naar rechts de berm in en greep zich vast aan een hek. Dat op de fiets zittend hangen aan een hek of iets dergelijks zie ik vaker bij wielrenners. Dan hebben ze hun schoenen vastzitten aan de pedalen met een kliksysteem en willen ze hun schoenen niet losmaken. De man leek te kijken naar de grutto's in het land. Dat verbaasde me, want dat zie je niet vaak: een wielrenner die vaart mindert om vogels te kijken. Ik was hem inmiddels genaderd en ik zei hem goedendag. Hij antwoorde met "Hoor je dat? Jonge grutto's. Ze zitten te piepen." Ik begon hem net al met meer sympathie te zien toen hij iets merkwaardigs deed. Hij zei "Ze zijn verdwenen in dat hoge gras daar, ik zie ze niet meer. Ik ga maar even kijken." Hij klikte zijn voeten los, liep met die kenmerkende moeizame tred van wielrenners (Komt door hun harde rechte zolen.) naar het hek en ja hoor: hij klom er enigszins stram overheen met zijn stakerige benen.

Hij liep het hoge gras in en maaide wat met één voet rond. Ondertussen pakte hij uit het zakje op zijn rug zijn telefoon om een foto te kunnen maken. Na enkele  tevergeefse pogingen kwam hij weer terug. Terwijl de verontruste ouders nog jammerend boven zijn hoofd rond vlogen zei hij "Ik zag ze niet. Jammer, want ze zijn zo mooi. Machtig mooi gebied hier hè?" Vervolgens stapte hij weer op zijn fiets, klikte zijn schoenen vast en ging in de pedalen, nog even een hand opstekend ter afscheid. Het is maar goed dat ik niet kan praten, want anders had ik die meneer eens ongezouten duidelijk gemaakt wat ik van zijn gedrag vond.

Een half uurtje later reed ik op de weg naar de kerkebuurt van Soest. Ter hoogte van de vogelopvang Eemland stak een mevrouw de weg over. Ze had iets in een doek  gewikkeld omzichtig in haar handen. Ik wist meteen dat ze een vogel ging loslaten en ik stopte uit nieuwsgierigheid. Ze stond daar aan de rand van een weiland en ze hief rustig haar armen boven schouderhoogte. Ze deed de doek voorzichtig open en ik zag een zwaluw. Ik kon niet goed zien welke soort. Tot ze haar handen in een snelle beweging omhoog bewoog. Dat moest een gierzwaluw zijn, want die kunnen niet zelf vanaf de grond opvliegen. E daar ging hij of zij de lucht in. Ik hoorde de mevrouw zachtjes  opgelucht "Gelukkig." zeggen. Achter ons naderden twee wandelaars die vroegen wat voor vogel het was. De mevrouw bevestigde dat het om een gierzwaluw ging. Ze vertelde enthousiast over de lange afstanden die gierzwaluwen afleggen, de ongelooflijke snelheid waarmee ze dat doen, dat ze vliegend eten, slapen, paren, leven eigenlijk. We hebben geboeid naar haar verhaal geluisterd. Een vogelliefhebber naar mijn hart.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten